Zij, een mooie brok Charlotte boetseerklei
Ik vormde haar handen en voeten
Zo kon zij de berg op en af, op zoek naar Akelei
Op de berg was zij vrij van het zware juk en palei
Los van een stukje leven zonder pijn en wroeten
Zij, een mooie brok Charlotte boetseerklei
Tijdens haar weg struikelde zij over de eg en lei
En toch liep zij door op haar klimvoeten
Zo kon zij de berg op en af, op zoek naar Akelei
Regressie naar de akker van haar ziel maakte haar blij
Hoog op die top kon zij haar aangezicht begroeten
Zij, een mooie brok Charlotte boetseerklei
De klei is nu gespleten, die gaf ze aan mij
Mijn eg zal het verkruimelen en het zal elkaar ontmoeten
Zo kon zij de berg op en af, op zoek naar Akelei
Eenmaal op haar berg staarde zij vrij rond en zag een abdij
Terugkeren wilde ze naar de monniken in de Hofstoeten
Zij, een mooie brok Charlotte boetseerklei
Zo kon zij de berg op en af, op zoek naar nieuwe Akelei