Wij Leven in een bezeten wereld *

Van tijd tot tijd moeten in deze wereld de dingen over de schreef gaan;
het leven is ons zo hoog gaan zitten, doordat het ons zo gemakkelijk werd
gemaakt.
Het subject mensch kent zichzelf en zijn wereld nu beter dan ooit tevoren;
weet hoever het bederf dat haar bedreigt is voortgeschreden

Wij weten: wij moeten hier doorheen

Is er reden om naast een verzwakking van de kritische behoefte en het kritisch
vermogen, te spreken van een verval der moraal?
Een samenleving van menschen of staten zonder onderling vertrouwen is niet
mogelijk;
uit de eis van orde spruit alles wat gezag is,
ook de vreemde toeschouwer kan zich aan die wet niet onttrekken

Wij weten: wij moeten hier doorheen

Is het cultuurproces dat wij beleven er niet een van barbarieseering?
De Rede, die eenmaal het Geloof bestreed en meende te hebben verslagen
moet nu, om haar afbraak te ontgaan, toevlucht zoeken bij het Geloof
De wereld verdraagt immers den modernen oorlog niet.
Wereld, eeuwig geldig exempel van kosmos en beschaving…

Wij weten: wij moeten hier doorheen

Met de loslating van de rede door de dichtkunst, correspondeert in de beeldende kunst de afwending van de zichtbare vormen der werkelijkheid.
De kunst volgt de natuur na, doet als de natuur doet, schept vormen.
Hoe ver men de rede ook achter zich liet, daar waar menselijke verhoudingen en gedragingen aan de orde zijn, kan constateren nooit genoeg zijn;
waarderen is geboden.
Niet van een ingreep der ordenende machten is het heil te verwachten;
een inwendige loutering is het die de individuen zal moeten grijpen.

Daar moeten wij doorheen

Sieth Delhaas

* Met een verwijzing naar Joh. Huizinga ‘In de schaduwen van morgen’ (1935)