(Hanzehal, Zutphen)
Op de vechtsport heffen wij de glazen
kin, op het grootst gala van de stalen
knuist, van Brokopondo tot Usselo
stoot ieder oorwaarts, zoekt dekking aan de
kaak, maar er is geen klemmen aan, in de
ring ruiken lijf en bloed en zweet aan de
hoek van de klappen, het publiek handen
stuk, strotten schor, tot de slag van de gong:
het licht is gedoofd,
het bier geslagen,
onze stad schuimt van
zelfverdediging!