Des schrijvers’ onsterfelijkheid…

(opgedragen aan Harry Mulisch)

Ik schrijf al wel zo lang ik leef,
en alles wat ik vroeger schreef

-En door drukkers werd gedrukt-
wordt door lezers steeds verrukt

Gelezen en geapprecieerd.
En als men van mij straks beweert

Da‘k in mijn kist te rotten lig
dan, werkelijk, vergist men zich,

Want aan duizend boekenplanken
zal ik steeds mijn leven danken

En al klinkt dat ongehoord:
zo leef ik echt voor eeuwig voort.

Niels Klinkenberg.