Nevel over de weiden
alles van tijdelijke aard
Wat zij ook zeiden
gevoel en materie lijkt evenveel waard
Hier en daar enig verkeer
en de tranen hiermee gepaard
haar als allerliefste krijgt hij nimmer weer
Zie een rennend paard
en die koe kijkt braaf toe
Een tafereel als op vele plekken
maakt alles minder gedoe
dat hij nog is nergens geaard
Landwegen buigen krom
schieten elegant langs zijn spoor
Was het nu dom
of had hij echt niets door
Nu voorbij een bos vol met zinderend licht
Op weg richting onvoorziene kansen
de ochtendzon verplicht