In de bocht van de Amstel
waar eens het uitschot schuilde
tussen resten van een gasfabriek
sta ik nog als hoge toren
met mijn tienhoekige kop
ver boven het maaiveld stekend
en al het water dat ik droeg
is allang vervloeid en verdampt
toen na mij die tweede kolos kwam
om in tinkleurige verschijning
als prelude voor een nieuwe wijk
wederom water te beheren
al voedend deze bomen in
het jonge park aan mijn voeten
waar bewoners uit de buurt
in rust en schaduw genieten
van een verkoelende lucht die
tussen blad drijft en kruinen
zachtjes doet ruizen of stemmen
verder draagt, zo midden in de stad
vol klank tussen Urban Blocks
waarin vele mensen nu wonen
achter gevels van steen en kristal
en dezelfde zuurstof delen
zodat gas, vloeistof en materie
in welke volgorde dan ook
de verbinding aan blijven gaan
telkens weer met elkaar, voor
talloos bezoek in hoge hotels
rollend over vers plaveisel
haaks richting het oude spoor
via een sierlijk gebogen brug
over een vaart met fikse schepen
traag varend en volgeladen
naar een kade met overslag
voor spul om mee te bouwen.
Een roos, een toast voor mijn kwartier
met tien jaar nog maar net begonnen
met mij als baken van ruim honderd
benieuwd naar wat komen gaat
Maarten Douwe Bredero, augustus 2023