Een stapel dunne blaadjes,
aan twee zijden dicht
beschreven. Ook de kantlijnen,
de hoeken: voor wie niet weet
hoe lang nog onder de rode zon
wapperend aan de vlaggestok
is elke snipper kostbaar.
Wat schrijven ze, de vrouwen
als hun kinderen – honger, hitte –
eindelijk in slaap gevallen?
Denk je je terug naar vroeger,
zet je het nu van slagen, vuil
en dood in woorden om?
Zoek je taal voor “later”,
heel voorzichtig, om de goden
niet bij voorbaat te mishagen?
“Tien eieren”, ontcijfer ik,
“een half pond boter” “suiker”,
“room” – ik lees van uitgebreide
schotels, wildbraad, sauzen,
fijne groenten; vruchtentaarten,
nagerechten smeltend op de tong.
Zie de vrouwen op hun britsen,
hoor hun stemmen als in koortsdroom
honderden recepten delen.
Hoe de stompjes potlood krassen,
hoe de punten breken, breken
in de hunker naar een woord
dat de honger stilt.
Louise Broekhuysen, augustus 2023