Op is ’t geduld met grauw en kil,
geef gauw mijn voorjaarskleurenbril.
Waar blijft toch de citroenvlinder?
Er hipt een groenling door de zooi
van donkere plantenresten, mooi
contrast zijn gele verentooi.
Op is ’t geduld met grauw en kil,
geef gauw mijn voorjaarskleurenbril.
De vrouwtjesvink tikt aan het raam:
heb je mijn man al horen slaan,
met zijn rode borstveren aan?
Op is ’t geduld met grauw en kil,
geef gauw mijn voorjaarskleurenbril.
Waar blijft toch de citroenvlinder?
Lies Prins, maart 2024