Zwart, geel, en groen
kleurden de gevels
Maar jij oogde somber
zonder plezier
Vooral in de winter
hunkerde je naar licht
Je buren hadden één gedachte
een andere kleur, broodnodig
Die schonk de zon je niet
Het werd een “Karwei”
Er begon iets te gloren
aan de horizon
Helpende handen kwamen
Een rechter en een linker
en twee linker handen
Een hemelse kleur verscheen
met de jakobsladder
Samen schuurde het gladjes
Rembrandts kwasten streelden
hemelsblauw op de kozijnen
Het eindpunt kwam nader
maar niet voor de schilders
De ramen …die zaten potdicht
José Hattink-Blom, juli 2022