de vorst bevriest
z’n onderdanen
ze zitten ver weg
daar beneden
geheel ontevreden
de zon schrijd, schoorvoetend
naar de onderdanen
en ontdooit ze
zet ze op een rijtje
het lijkt een eitje
de afstand is te groot
de onderdanen schokken
komen…. niet in beweging
een stap te ver
José Hattink-Blom
daar lig je dan onder (de) wereld
waarop je leven zich heeft afgespeeld
kriebelende herinneringen koester je
ze worden waziger
je bril beslaat
de tijd kun je niet meer zien
morgen misschien
daar lig je dan op wereld niveau
duizenden as kristallen op aarde, op zee
dragen herinneringen mee
zoveel pluimage
om mee te delen
of om mee te helen
morgen misschien
De Lebuinus
rondom het “Kerkhof”
vele mensen
rustig schuifelend
richting ingang
gesprekken “geboekt”
gesprekken verstommen
kijken met lange halzen
een lichtend schouwspel
ben ik in Rome
in ’n Basiliek?
gewelven verkleuren
waarin je verre dromen
in de schilderingen ziet
maar ik
ik ben in de boeken stad
alsof ik dat vergat
lichten verflauwen
gesprekken verstommen
de aandacht is gevangen
een fee daalt uit de hemel neer
en regisseert een tango
adem benemend
boeken mensen verschijnen
literaire coryfeeën
vriendschap is de verbinding
geestig, glashelder
scherp als pepermunt
of gewoon door er te zijn
en ons mee te nemen
in de magische wereld
van papier en letters
een boek
Deventer boek en stad
Je begint met niets
maar er komt altijd iets
stap voor stap
wankelend begin je
je gaat op pad
of je kiest je weg
hobbels worden genomen
of niet, elk pad is anders
je merkt het aan de tred
als je goed oplet
soms zie je niets
maar er is altijd iets
het is er allemaal
soms afgedekt
zoek, of zoek niet
ieder baant z’n eigen weg
je begint met niets
maar er komt altijd iets