Wie per pedes apostolorum, of per vélo
de Brusselsche Steenweg afdaalt naar
het kloppend hart van Leuven, kruist
onvermijdelijk de Blaauwen ‘Uk,
een verlopen pleintje van het soort
groezeligheid waar Belze steden patent
op hebben aangevraagd, én verkregen;
zwerfvuil kleeft tussen de ongelijke kasseien
en de uitgestalde waren van een morsige
negotie tarten de uiterste houdbaarheidsdatum.
Eerlang beroemd om zijn brouwerijen –
ooit droeg het de trotse naam van
Le Coin Joyeux, de Blijde Hoek -,
waar seigneuren in de staminees blauw
konden worden van een onbekommerde
dosis aan trippels en genevertje,
en wie dan nog goesting had, kon nog even
aanwippen bij de madammekes ‘boven’,
met een ferme kans om alsnog
een blauwtje te lopen.
Joseph Paardekooper, 25 juli 2022