Ze hingen al jaren naast of tegenover elkaar
in dezelfde zaal: de baron, de barbier, de
Moedermaagd en andere figuren uit voorbije
tijden. Roerloos staarden ze met open ogen
blindelings voor zich uit en trokken zich
inmiddels niets meer aan van de schaamteloze
blikken van nieuwsgierige museumbezoekers.
Eens ontstond er paniek in de zaal toen midden
in de nacht een vergeten telefoon begon te
rinkelen. ‘Onze bewoners zijn geschrokken
doordat zij zo’n modern signaal van huis uit
niet kennen,’ verklaarde de suppoost nadat
hij schilderijen recht gehangen had en het
blauwe vrouwtje van Vermeer van het parket
had opgeraapt. ‘Dat mens is zelfs op de
vloer nog blijven lezen,’ zei hij verbaasd.
Jan van Laar, juli 2022