ter attentie van de dood
Ik ben de meester van het resterend uur,
de onbetwiste koning van mijn dag.
Ik weet dat u in mij een prooidier zag.
Maar waag het niet! Raak mij niet aan met vuur.
Geen steen of ijzer snijd’ de pas mij af,
geen horizon belemmere mijn droom.
Hoe vreemd het klink’, ik kom pas nu op stoom.
Een wijs man wacht zijn kansen af.
Vervolg mij niet! Wacht rustig op uw beurt.
De tijd is met u; dat hebt gij op mij voor.
Geen haast! Geen klokketik gaat ooit teloor.
Mijn baan duurt voort, door wie ook goedgekeurd.
Ik zie u aan het einde van de weg.
Tot dan, wees stil, verdwijn uit mijn gezicht.
Uw jachten heeft voldoende schade aangericht.
Wind u niet op! Ik weet wat ‘k zeg.