een villanelle
Rode rozen strooi ik op je pad,
maar telkens schijnt er eentje te ontbreken.
Het blijkt dat ik er nooit genoeg van had.
Begrijpen doe ik het niet, het hoe en wat,
ik heb de zaak heus wel secuur bekeken.
Toch blijf ik rozen strooien op je pad.
Ik krijg op deze rekensom geen vat:
het klopt, maar ‘k kom tekort, hoe ik ook reken,
het blijkt dat ik er nooit genoeg van had.
Wie weet wat ’t lot voor mij in petto had;
nu zijn mijn kansen faliekant verkeken.
Maar rode rozen strooi ik op je pad.
Als ik meer rozen ter beschikking had,
had ik niet zo vroeg de vlag gestreken.
Feit is dat ik er nooit genoeg van had.
Wie weinig rozen heeft, hoe hij ook bad,
maakt nauwelijks kans, bij anderen vergeleken.
Rode rozen strooi ik op je pad,
ik zou willen dat ik er eens genoeg van had.