Ik ga zo snel
Ik red me wel
Ik trap de wielen rond
De wind waait zacht
Mijn blonde haars
Die wappert in de zon
Ik heb de weg
Voor mij alleen
En komt er iemand aan
Dan moet ik van mijn moeder snel
De rechter kant op gaan
Maar wat is rechts?
En wat is links?
Dat ben ik echt vergeten
Maar als ik in het gras ga staan
Hoeft niemand dat te weten
Esther Smit, maart 2023
Er was eens een schimmel uit Vorden
Die nam met de Sint vele horden
Hij moest met de VUT
En voelde zich kut
Een schoorsteen-veeg-paard moest het worden…
Esther Smit, december 2022
Een nymfomaan type op de Platvoet
Die het – vreemd genoeg – graag in bad doet
Vermoorde een vent
En zei heel content
Het ging net zo fijn en het zat goed!
Geert Poorthuis (winnaar limerickavond Gulden Vat)
Ik hul mij in mijn winterkleed en voel meteen het winterleed
Dat klam en koud mijn huis betreedt, haar van haar warm onthaal ontdeed.
Ik kuier langs de winkels: zie, zo’n mantel heb ik niet
Maar door ’t regime dat niets ontziet, koop ik het droomstuk niet
De barbier passeer ik achteloos, mijn haartooi voos en achteloos
Met spelden opgestoken, en in mijn jas gedoken
Open ik de voordeur van mijn huis, waar ik rillend snel het aanrecht kuis
Ik stel maar uit en stel maar uit, maar kom er toch niet onderuit
De Greenchoice mail… open ik hem? Er werkt alleen crapuul
Die op mijn laatste geld uit zijn, zodat eindelijk de bascule
Uitslaat naar een vreemde kant, binnenkort haalt het nog de krant:
“Esther skipt een oude droom, geen passie meer voor groene stroom”
Want in dit koude kikkerland, zijn we na 100 jaar weer aanbeland
Bij armoe in een tochtig kot, geldzorgen vliegen naar je strot
Geen plaggenhut maar een keurig huis, de netheid op een rijtje
Ach had ik maar een kippenhok, dan kon ik toveren met een eitje.
Esther Smit, oktober 2022
Zijdelings glijden mijn handen
Over de gladde huid van de fles
Ik kies met precisie
Ik, die geen vlieg kwaad zou doen
Kies, voor een pijnloze
Incisie
Ik keer de bovenkant
Van mijn moordwapen
Om
En giet een zoete lokstof
In de bodem
Drommen
Aan Belagers
Zullen de dood vinden
Dom als ze zijn
U dacht nog
‘Wat een leuke vrouw’
Dat is ten dele waar
Want voor u staat
(niet schrikken)
Een wespen-moordenaar.
Esther Smit, augustus 2022