De stad en de rivier
zijn hecht aaneen gesmeed
al door de eeuwen heen
delen zij lief en leed
door niemand ooit te scheiden
hun band is ijzersterk
de IJssel heeft zijn diepgang
en Deventer haar vestingwerk
Al reeds vanuit de verte
zie je de torens trots
boven alles hoog verheven
het zijn de huizen Gods
Twee spitse torens samen
steken hun armen uit
om ieder te ontvangen
en de Lebuïnus luidt
haar welkom over heel de stad
voor inwoner en gast
die bij het zien van zoveel pracht
meer is dan blij verrast
‘Groten’ uit een ver verleden
hebben ons veel te zeggen
op menig plekje in de stad
kun je je oor te luis’tren leggen
Om alle schoonheid goed te zien
zijn heel wat dagen nodig
meer aanbeveling is dan ook
volkomen overbodig
Diny Kim-Roubos