Mijn opa, van vaderszijde, was barbier.
Dat heb ik overigens van horen zeggen
want met een scheerkwast
heb ik hem nooit gezien.
Barbier dus, zij het niet in Sevilla
(die opera ging niet over hem)
maar in een dorp nabij Den Haag
waar ik wel getogen maar
niet geboren ben.
Toen ik hem leerde kennen
was hij al in ruste.
Zat zwijgend bij het raam,
met een half oor luisterend
naar de vage klachten van mijn oma.
Ik heb hem maar heel kort gekend
omdat hij vroegtijdig overleed
toen ik een jaar of elf was.
Hij leek mij toen geen tiep
die voor zijn plezier uit kuieren ging.
En, voor zover ik mij herinner,
verscheen ook geen bascule in ’t verschiet.
Dat is ook wel begrijpelijk
want bij het scheren gebruikte hij die niet.
Cees Leliveld, oktober 2022