Was ik maar puur gebleven,
vanzelfsprekend, als ooit ontstaan
met takken, stengels en stammen
zonder snoeischaar opgerezen.
Was ik maar puur gebleven
toen alles in mij groeide als vanzelf
een pluk hier en een pol daar
zonder aarde die wordt gladgestreken.
Was ik maar puur gebleven
door geuren en kleuren omringd
met veel gefladder en gezoem en
zonder kunstmest die wordt uitgereden.
Was ik maar puur gebleven
zonder dat er met gif werd geknoeid
werd er maar natúúrlijk spul over mij gezeken
en ik de laatbloeier werd die ik liever was gebleven!
Arja Scheffer