Einde

Gebonden aan het nulpunt van de rekenkunde
staartdelen wij onszelf  tot sommen zonder rest.
Wat naam heeft ondergaat eens een totaal molest
op het moment, dat nooit nog een herkansing gunde.

Want met het zwaarste zijn wij mensen opgeladen:
te weten, dat er eens voor elk een uur zal zijn
van bitterheid,  doorweven met de doffe pijn
om eigen vluchtigheid en onvoltooide daden.

Hoezeer wij ook verzoeken om de vrede zenden
wij voeren tevergeefs een hopeloze strijd.
Graven verdwijnen niet door ze opnieuw te kalken.

In gang gezet laat ons leven zich niet wenden.
Het laatste einde wint tenslotte toch het pleit
in dit zo wreed gevecht van duiven tegen valken.

Alfred Bronswijk