De kloek van alle kuikens duikt dagelijks de keuken in
Als oudste van het roedel, de eerstgeborene van ’t gezin
Draagt zij zorg voor alle zorgen van nu tot overmorgen
Haar hele leven draagt zij als een veelvoud naar de zee
Zeeën dragen zoute tranen als schubben met zich mee
Haar hele leven leest zij zinloos van het schoolbord af
Zinloos zijn de zinnen die zwijgen als een graf
Zij ziet de druppel op haar wang, de regen in haar huis
Op haar gezicht, in dit gedicht. Zij ontmoet haar stem
Die beeft bij elke stap. Zij droomt haar slaap en luistert
Naar het vallen van de blaren, de takken van de bomen
En ziet dat ook zij weer winter wordt
Alex Gentjens