
Aan onze Dichters (m/v)
Wij hopen dat wij, als leden van ons Café, elkaar op deze locatie vaak mogen ontmoeten en elkaar kunnen verrassen, doen verwonderen en ontroeren door inzending van een kolkende stroom van gedichten.
Alle gedichten die normaliter voor een fysieke bijeenkomst worden ingezonden worden nu (behoudens tegenbericht) door het bestuur op Café Online geplaatst. Onze virtuele ontmoetingsplek.
Een hartelijke groet van Joseph – Cees – Tinus
Aan de vooravond van de
jongste dag houdt de
beestenboel op de boot
van Noach een eindfeest.
Een trio bestaande uit
Camille Saint-Saëns, Jean
de la Fontaine en Kees Stip
speelt muziek uit alle tijden.
Geen enkel dier is gelijker
dan een ander dier, dus is
grensoverschrijdend gedrag
voor altijd uitgebannen..
Alle dieren hebben hun
geschillen overboord
gegooid; alles is plotseling
pais, vree en broederschap.
De haas en het schildpad
hebben hun strijd gestaakt
en dansen synchroon in
slow motion de foxtrot.
De raaf en de vos hebben
het kaasconfict beëindigd
net als de ooievaar en
de vos het soepincident.
De krekel en de mier
dansen samen een pas
de deux op de tonen
van het Zwanenmeer.
Het koekoeksjong prijst het
kleed en de zuivere zangstem
van het spuugbeest, noemt het
de feniks van de beestenboot.
Een nat konijn dat de k
niet zeggen kan, danst
samen met een school
tonijn de polonaise.
Ed Bever is als dragqueen
illegaal binnen gekomen
om als vrouw van zijn broer
het feest mee te maken.
Met het zicht op het einde
der tijden wordt in de
balzaal geflirt, gezoend,
gestreeld en geknuffeld .
Het nijlpaard geneert zich
niet de lori van de blauwe
bergen opzichtig met veel
poeha het hof te maken.
Een beaty contest voor alle
hoorndragers wordt nipt
gewonnen door de eenhoorn;
die heeft de langste hoorn.
Bij een missverkiezing voor
alle gevleugelde flierefluiters
wordt de griffioen eenstemmig
tot winnaar uitgeroepen.
Tinus Derks, april 2023
Hij heeft drie weken
zitten schreeuwen op mijn stoep
alsof, hun zorg ten spijt,
zijn ouders hem van meet
af aan hadden tekortgedaan.
Van hulpeloos gefladder
gegroeid naar vleugelslag
voert hij gemoedelijk strijd
om schoorstenen en dakrand;
stoeit hij in de platanen
met jongens van zijn groep.
Niet alles slijt, ook niet
bij kauwen. Uit kruinen
vol gekwetter herken ik
rond het etensuur de nooit
te stillen honger
in zijn verongelijkte roep.
Louise Broekhuysen, april 2023
mimerjend
oan wetterkant
fanút eachhoeke
wei waarnommen in
blauwe flits lânjend op
oerhingjend reid oan oare
kant sjocht my net in sucht sa
sacht om azembenimmende pracht
tagelyk wittend dat dit in iisfûgeltje is
loerend boppe wetter foar oer bûgd mei
búkje yn en ien eachwenk letter leadrjocht in
dûkflecht naam yn ien wjukslach werom kaam mei
in goudfisk yn snaffel flean flug op in beamtûke fleach
it dêrop mei in pear slaggen ferdôve omsmiete en mei kop
nei foaren yn it gehiel trochslikte foldien fearren skikte mei wjukken
oer krûn wriuw as in stielblauwe skjocht wer ferdwûn yn it ljocht azemleas
yn it skaad seach ik fol ferwûndering nei dit bjusterbaarlik eagenblik en wie sprakeleas
wonderlijk
mijmerend
aan waterkant
vanuit ooghoek
waargenomen een
blauwe fits geland aan
overkant op overhangend
riet ziet mij niet een zucht zo
zacht om adembenemende pracht
tegelijk wetend dat dit een ijsvogeltje is
loerend boven water voorover gebogen een
oogwenk later met buikje in loodrecht een duikvlucht
nam in één vleugelslag terugkwam met een goudvis in snavel
vliegensvlug op een boomtak vloog het met een paar slagen verdoofde
omgooide en met kop naar voren in het geheel doorslikte voldaan veren schikte
vleugels over kruin wreef als staalblauwe schicht weer verdween in het licht ademloos
in de schaduw keek ik vol verwondering naar dit wonderlijke ogenblik en was sprakeloos
Erika Visser, april 2023
Bedrukte pagina’s, een boek
dat gesloten wil blijven, of toch niet?
Zwarte bladzijden in herinnering
Maar ook de dapperheid van mensen
in tijden van strijd
Zij die de voet dwars zetten
en zij in het stille verzet
om anderen te helpen
Onzichtbaar zijn voor degenen
van een gewetenloos bewind
Mensen trekken ten strijde
hun leven komt aan een zijden draadje
Drukpersen ratelen, De Waarheid rolt eraf
de sporen worden weggemoffeld
Bezetters verschijnen waar mensen verdwijnen
Hun ogen hebben gezien,
lichamen hebben gevoeld
oren, waarin de echo nagalmt
een gegeselde geest
Wonden van de oorlog
Geslagen wonden
aan beide zijden van families
Verbinden is het medicijn
om geen slachtoffer te blijven
van het verleden
Het boek kunnen we niet sluiten
we lezen en herlezen
Ook nu voor hen, ver van huis
of dichterbij, zij zijn gevangenen
in een labyrint van misère
Samen delen wij herinneringen
bij deze steen, 58 namen
Ieder met hun eigen verhaal
Wij willen hun een gezicht geven
opdat wij onze ogen niet zullen sluiten
De bloemen nemen de tranen op
en zorgen voor groei en liefde
Wij staan op een kruispunt
van verschillende wegen
Laten wij de juiste afslag nemen
José Hattink-Blom, 4 mei 2023 Monument Verzetslaan Deventer
Wij hebben voor onszelf, als bruine bevers, laatst
een onderaardse gang gegraven met wat kamers
links en rechts. Het resultaat van dit project noemen
we De Burcht. De gang heeft een voordeur voor
algemeen gebruik, en een achterdeur voor de
zonaanbidders onder ons die zich niet bruin genoeg
vinden. De bevers van de tweede doelgroep kunnen
bovendien nog kiezen voor zwemmen in de
IJssel, óf op luie stoelen liggend loeren naar
aantrekkelijke bruinverbrande bevermeisjes uit
het Sallandse gebied. De belangstelling van het
publiek voor ons project is overweldigend sinds
wij op stormachtige dagen beide deuren openzetten
om de wind de kans te geven al het opgehoopte
stof en ander vuil de gang uit te blazen.
Jan van Laar, april 2023
Het gerucht gaat dat Paardekooper
een zwak heeft voor de Beestenmarkt
Zou dat nou toeval zijn geweest
Deventer nieuwe dierdichten
en Rotterdam een broodje aap?
In een blij dorp aan de Rotte
kon je Bokito jarenlang spotten
weg van inteelt bij z’n Duitse bron
een nieuwe heem met amoureuze zon
Zij kwam er destijds ook al snel, een vrouw
met oog voor apen, dagelijks lonkte ze trouw
naar haar lieve beest aan de andere kant
van het water zo alleen op z’n apeneiland
De aap vond haar om op te vreten
heeft haar daarom bijkans doodgebeten
voor haar was dat niet erg geweest
gevallen voor een gorilla, haar ultieme feest
Hoe moet dit sprookje voortleven
nu Bokito’s hart het veel te vroeg heeft begeven
De vrouw doolt sindsdien doelloos door haar dagen
natte ogen en maar water naar de Rotte dragen
Om een dam op te werpen tegen dit onmenselijk gemis
krijgt Bokito een groot standbeeld aan de Rotte
en bij de onthulling zijn als ik me niet vergis
de weduwe Bokito en ook ene Paardekooper te spotte…..
Henk van Rossum, april 2023
Wat de analyse ook blootlegde:
Mollen
Een bromvlieg
Een rund
Een struisvogel
Een bolderkalf
Een nachtvlinder
Een schoothondje
Nog een bromvlieg
Pissebedden
Een haantje
Een rat
Een aal
Een huiler
Een haas
Een kale neet
Zo eendje
Een straathond
Een varken
Twee luizen
De psycholoog van dienst
kwam na diepgaand onderzoek
tot de slotsom dat de patiënt
voor alle genoemde animalen
er wijs aan zou doen elders een
passend onderkomen te zoeken…
Henk van Rossum, april 2023
Soms toont iemand zich meer beer dan vent
maar is hij van binnen toch een kwal.
Ja, dat is lastig als je zo tweeslachtig bent
al is dat dan helaas wel het geval.
Kijk zo’n ouwe zeerob, die heb ik op het oog
met aan zijn zij een blonde stoot, vast een serpent.
Die getaande pikbroek gaat geen zee te hoog
en die scharrel hoeft van hem geen happy end.
Van izegrim tot de bekende hi, ha hondenlul
(sorry, ik bedoelde natuurlijk onbenul).
Een sluwe vos staart schaapachtig voor zich uit.
Het koekoeksjong legt zijn veren in de krul.
De vos denkt watertandend aan een malse kippenbuit.
De mens de mens een wolf
(homo homini lupus est).
Van aasgier tot vredesduif, onverschillig groot of klein.
Hoog in ‘t geboomte in zijn ondoordringbaar nest
meent elke uil zijn jong een valk te zijn.
Mens of dier: wat is nu het verschil?
Een angsthaas wordt soms verwisseld met een tam konijn.
Die arme kikvors ontrukt men wredelijk zijn bil.
Het is niet leuk om een consumptiedier te zijn!
Is het verschil tussen mens of dier nu groot of klein?
De afstand tussen haat en liefde voelt vaak als intens.
Luis op een zeer hoofd of olifant in een kast vol porselein?
Het menselijke in het dier of het dierlijke in de mens?
Cees Leliveld, april 2023
Gereformeerd gevederde vriend
Hoe statig stapte je
In stemmig zwart-wit door het groen
Hoe onverwacht wuft
Staken daar snavel en stelten bij af
Elke winter verdween je
Door mij node gemist
Hoe liefdevol klonk je geklepperde groet
Als je hoog in het blauw de lente deelde
Hoe groot was je trouw aan vrouw en stek
Zo groot, dat toen mijn broer de machinist
Jouw wederhelft, tot zijn groot verdriet,
Onder zijn trein vermorzelde
Jij op die vreselijk droevige plek
Bleef waken en wachten
Waken en wachten
Tot je het leven liet
Ger van Diepen, april 2023
Koeien bij het meer
zien meerkoeten op nesten
alras meer koetjes
Gefundenes Fressen
Een hoop stierenpoep
Is voedsel en geen onzin
vindt deze strontvlieg
Metamorfose
In het begin wist ik van niets
maar toch broeide er al iets
later trok ik een harnas om mij heen
en voelde mij daarin best alleen
nu ga ik van hier naar ginder
ontpopt als een vrije mooie vlinder
Wim van den Hoonaard, 2023
Verwaterde omgeving. Licht is niet wel alhier,
De planten krijgen langzaam de vormen der vissen.
En ik, wankel starend in spiegels der magiërs,
Denk de zee achter glas vol met visschiedenissen.
Welk nevelig treurspel, deze kubieke meter
Hoogbejaard element, restant der oceanen.
Groene slierten van sterf’lijkheid, zo oogt het water,
Verwarde slingerlijnen of zinloze banen.
Nevelstaarten vervloeien tot troebele vlinders,
Schimmen-bloemen, die hijgen…je beeft als ze groeien.
Je denkt: weg stromen ogenblikken klaterzilver,
Je denkt: o, droevig zal dit vissig voorjaar bloeien.
Je denkt lang en met liefde na. Jouw beide ogen,
Grijze verdronken ogen, weerspiegeld in ruiten,
Vervissen – en zij blikken profetisch en pogen
Met verblinde holten de treurzee op te zuigen.
Julian Tuwim
(vertaald uit het Pools door P.B. Kempe)
Akwarium
Dziedzina jest wodnista, Swiatlu tu niesjowo,
Rosliny sie leniwie przemieniaja w ryby.
I ja, chwiejny, wpatrzony, jak sie dziwy dwoja,
Myslami zarybilem ocean zza szybi.
Mgli sie teatr zalosny w tym szesciennym metrze
Morskich glebin, zywiolu na emeryturze.
Woda jest jak smiertelne, zielone powietrze,
Ludzace gra zalaman i plonnych wydluzen.
Wiona z mgielek wyciete podwodne motyle,
Ledwo-kwiaty, co dysza…az strach, ze urosna.
Myslisz: pluskaja srebrne, upletwione chwile,
Myslisz: o jakze smutno byc tu rybia wiosna.
Myslisz dlugo iczule. I wlasne twe oczy,
Szare oczy topielcze, za tafla odbite,
Rybieja – i wlepione spojrzeniem proroczym
Smune morze wciagaja w oslepla orbite.
Julian Tuwim (1894 – 1953)
Een pad bepeinsde, vroeg tot laat,
Het heil en het verderf,
Bepeinsde goed, bepeinsde kwaad
En wat daartussen staat,
Maar niets kwam uit de verf.
Of sneeuw ook sneeuwde, wind ook floot,
Hij merkte het net zo min
Als avondrood, als morgenrood,
Als bliksem die sloeg in,
Als gras tot aan zijn kin.
Zijn vrouw en kroost zo nu en dan,
Het tafereel passerend,
Werpen hun blik op pa en man:
Hoofdschuddend en gekscherend
Weerklinkt hun: “Toch frustrerend.’’
Ruim twintig jaar duurt dit nu voort:
Hij peinst daar p zijn gat,
Maar niemand kan op erewoord
Zeggen of deze pad
Spoort dan wel is ontspoord.
The philosophic taed
There was a tead hwa thocht sae lang
On sanctity and sin,
On hwat was richt, and hwat was wrang,
And hwat was in atween,
That he gat naething düne.
The wind micht blaw, the snaw micht snaw,
He didna mind a hweet,
Nor kent the derk’nin frae the daw,
The wulfire frae the weet,
Nor fuggage frae his feet,
His wife and waens frae time to time,
As they gaed by the cratur,
Wud haut to hae a gowk at him
And shak their pows, or natter:
“He’s no like growing better.’’
It maun be twenty year of mair
Sin thocht’s been a’ his trade:
And naebody can tell for shair
Hwether this unco taed
Is dead, or thinks he’s dead
William Soutar (1898 – 1943)
(vertaald uit het Schots door P.B. Kempe)
Zie, daar krijgt de pitspoes, meer schijtluis
trouwens dan vliegensvlugge motormuis,
in ‘De Gouden Leeuw’ in Wuustwezel
een ‘cocktail’ aangeboden van een werkezel.
Hij die steevast – naast een stuk in z’n kraag –
ter versiering een vlinderdas draagt.
Deze geldwolf en kroegtijger ineen is berezat.
Luister goed, zegt zij, ik ben geen knijpkat
en wipkip zeker niet, een angsthaas veeleer!
Pechvogel in de kabberdoes is deze keer
niet de pitspoes, maar de lokale nieuwsrat,
luistervink van lamzakken en zondebokken,
louter terend op bokbiertjes en hondenbrokken.
Dick van Welzen, april 2023
– Ik weet niet wat ik denken moet
Ik ken het leven nog niet goed
Ik weet niet of ik juist beslis
Ik doe het immers zo vaak mis
Ik onderscheid geen kwaad en slecht
Ik ken het leven nog niet echt
Ik onderscheid geen goed en best
Ik ben alleen maar minder dan de rest:
Ik voel me als een heel klein kind
Dat ’t leven nog maar net begint
Ik voel me ook niet grijs maar zwart –
Dat klopt, want íeder is apart.
Marianne H.B., april 2023
Een draht-esel te Münsterland
Erfde een eerbiedwaardig pand
Een deeltje wilde hij verhuren
Aan een bok uit Siddeburen
Maar die kreeg ernstig reumatiek
Nu nestelt er een koperwiek
De brulaap komt weleens logeren
Alsmede zeven honingberen
En het is waar wat ara’s zeiden
De hengsten-fietsclub te Leimuiden
Hengst soms draht-esels in elkaar
Anna Wiersma, april 2023
Meer gedichten zijn te vinden in het overzicht Dichters van A tot Z!